Deze site is gewijd aan een filosofische theorie die ik ontwikkel naar aanleiding van het latere werk van Wittgenstein, waarin hij onder andere de Philosofische Untersuchungen schreef. Mijns inziens zocht hij in die periode in de goede richting, maar kon of wilde hij de uiterste consequentie van zijn denken, een geheel relativistisch wereldbeeld, niet accepteren.
Sinds de vorige eeuw kent de filosofie twee hoofdstromen: enerzijds de Angelsaksische analytische filosofie die, dicht aanschurkend tegen de empirische wetenschappen, gebaseerd is op het axioma van een buiten de mens objectief bestaande werkelijkheid en anderzijds in Duitsland de fenomenologie, waaruit zich het Franse postmodernisme ontwikkeld heeft dat, evenals het werk van zijn geestelijke vader Martin Heidegger, niet uitblinkt in duidelijkheid en consistentie. In de media en op het internet worden tegenwoordig zelfs, met een beroep op sommige postmoderne schrijvers, door Jan en alleman onzinnige en aantoonbaar onjuiste uitspraken gedaan onder het motto ‘ieder heeft zijn eigen waarheid’, wat veel kritiek oplevert op het ‘relativisme’.
Relativistische theorieën zijn bij veel filosofen nooit erg populair geweest, menigeen beschouwt ‘het vervallen tot relativisme’ zonder nadere argumentatie als voldoende diskwalificatie van welke theorie dan ook. Een standpunt dat met de opkomst van het postmodernisme aanzienlijk aan kracht gewonnen heeft.
Toch bestaat de werkelijkheid die wij als mensen ervaren uit veel meer dan de materiële wereld, waarvan het objectieve bestaan onomstreden is. Kennelijk heeft de mensheid er veel aan toegevoegd, waarvan, bij zorgvuldige beschouwing, niet vol te houden valt dat het een objectieve, buiten de mens bestaande werkelijkheid is. Een relativistische benadering is daarom het enig mogelijke alternatief, waaraan dan wel de eis moet worden gesteld dat die expliciet en consistent is.
Dat, anders dan Wittgenstein zelf dacht, een relativistische benadering, mits goed uitgewerkt, de enige weg is tot het begrijpen van de menselijke geest, werd me bij het lezen van zijn latere werken duidelijk. Langs die lijn werk ik aan de ontwikkeling van een conceptuele theorie: Nieuw Conceptualisme, refererend aan het conceptualisme dat Pierre Abélard, alias Petrus Abaelardus, formuleerde in de tijd van de scholastische universaliënstrijd. Tegenwoordig begeven veel filosofen zich in de conceptuele richting, waarbiji het bestaan van een werkelijkheid ontkend wordt. Voor zover ik kan overzien wordt dat conceptualisme in het algemeen inhoudelijk niet verder vorm gegeven. Ook psychologen werken met het begrip concepten, maar lopen compleet vast in hun definities. Ik ontwikkel een systeem dat vanuit een eerste-persoons benadering het begrip concept definieert en doe geen uitspraken over het wel of niet bestaan van een – materiele – werkelijkheid.
De theorie werk ik uit in een boek, waarvan ik de hoofdstukken die af zijn op deze website publiceer. Ik richt me op een publiek van niet-filosofen, net als ikzelf, maar ga ik er wel van uit dat de lezer belangstelling heeft voor filosofische en met name kentheoretische vragen en bereid is om zich te verdiepen in een andere benadering dan gebruikelijk.